Donderdag, 14 augustus 2014. Hoewel het zomer is, ziet de lucht er grijs uit. En erg warm is het ook al niet. Maar voor het werk dat vandaag wordt uitgevoerd, hebben we geen goed weer nodig. Als we om negen uur toekomen om de poort naar het pleintje te openen, worden we al meteen geconfronteerd met een probleem. Een onwetende ziel heeft haar wagen voor de poort geparkeerd. Na een vruchteloze poging om de eigenaar van de auto te vinden, beslist onze stielman om het erop te wagen en zich met met zijn vrachtwagen langs de auto te wurmen.
Het verloopt vlekkeloos en we gaan meteen aan de slag. Onze stielman lost de sonderingsmachine en rijdt er het pleintje mee op. Dat doet hij met een afstandsbediening, zoals bij die speelgoedwagentjes. Maar dan iets groter. Nu begint het echte werk. De man legt ons uit hoe alles in zijn werk zal gaan en wat hij zelf van de bodem verwacht. Omdat we niet ver van de Leie zitten, verwacht hij een dikke slib-en kleilaag (niet geschikt om op te bouwen), maar dieper moet er wel stevigere grond zijn. Op een klein schermpje toont hij ons hoe we de metingen kunnen aflezen. En dan wachten we geduldig af tot de metingen afgerond zijn. Bij de derde meting loopt het even mis als een paal twaalf meter onder de grond afbreekt. “Niet erg,” stelt de man ons gerust. Misschien komen we de paal terug tegen in een van de volgende bouwfasen. Inmiddels is het ook beginnen te regenen, zo’n typische nationale vlaag.
En dan zit het werk er al op. We kuisen de boel netjes op, dekken alle gaten weer af en het wagentje gaat opnieuw de vrachtwagen op.