Een van de laatste bouwdagen van dit jaar ligt nu achter ons. Zoals steeds begonnen we ‘s ochtends vroeg de handen al uit de mouwen te steken. Aangezien we die nacht op het winteruur overgeschakeld zijn, had iedereen een uurtje langer kunnen slapen om net dat tikkeltje extra energie op te doen. Inmiddels is iedereen al wat gewend aan de gang van zaken, dus konden we er snel in vliegen.
Eerst zijn er altijd de voorbereidende werkjes. Dan heb ik het over stenen verzagen, lijm maken, de werf voorzien van elektriciteit, enzoverder enzovoort. Terwijl een deel van de groep zich daarmee bezighoudt, zet de rest alles klaar. De stellingen worden (al dan niet) stevig in elkaar geknutseld, de stenen worden met een vorklift de hoogte in gebracht en de pintjes worden koud gezet.
En dan begint het echte werk. De truwelen gaan de lucht in en glijden op een golf van lijm over de cellumatstenen. De stalen bewapening glimt nog even in de herfstzon en verdwijnt dan voor altijd onder een dikke laag van het witte spul. De slijpschijf zingt haar schelle lied dat over heel de werf weerklinkt. En langzaam maar zeker reikt ons gebouw hoger en hoger.
Om het allemaal iets minder lyrisch te zeggen: er wordt goed doorgewerkt en met een beetje goede wil staat onze eerste verdieping er nog voor het einde van het jaar.
Bedankt aan iedereen die paraat stond en zijn cellumatsteentje heeft bijgedragen!